An de over van de Dijle

diep verscholen in het riet

zat ne kleine dikke kikker

bij zijn moeder in de vliet

"Ziet ge daar", zo sprak die moeder"

Ziet ge daar, dien ooievaar't

Is de moordenaar van uw vader

hij vrat 'm op met huid en haar!"

"Is da waar", zo sprak die kleine

"Heeft die smeerlap da gedaan

als ik groot en sterk zal wezen

zal 'k hem op z'n bakkes slaan!"

Vele jaren zijn verstreken

en dien kikker leeft nie meer,

maar dien ooivaar, die leeft nog

en zijn bakkes doet nog zeer!